Nieuwtjes over Santa, de kerstdecoratie, de elfjes en meneer beer

Paniek op kerstavond – Rudolph is weg

Rudolph is weg … EN NU?


Tijdens de ijzige sterrennacht op de Noordpool, slechts enkele dagen voor kerstavond, was de lucht ongewoon kalm. De slee van de Kerstman stond klaar, de elfen waren de laatste cadeautjes aan het inpakken en mevrouw Claus was haar beroemde kerstkoekjes aan het bakken. Maar er was één probleem, een heel groot probleem: Rudolph ontbrak.

Rudolph, het rendier met de rode neus, was altijd het baken van hoop geweest tijdens de donkerste en meest stormachtige nachten. Zijn neus, glanzend als een baken, had altijd de weg gewezen. Maar dit jaar, vlak voor Kerstmis, verdween Rudolph.
Het nieuws verspreidde zich als een lopend vuurtje over de Noordpool. De Kerstman, met zijn borstelige witte baard en sprankelende ogen, stelde een zoektocht samen. Elfen, ijsberen en zelfs de ondeugende maar behulpzame sneeuwpoppen deden mee. Ze kamden de besneeuwde landschappen, de ijskoude grotten en de met dennenbomen bedekte bossen uit waar Rudolph graag speelde.

Terwijl de zon laag aan de horizon hing en lange schaduwen over het ijs wierp, vond een jonge elf genaamd Twinkle, bekend om haar scherpe gezichtsvermogen, een spoor van kleine, gloeiende rode druppels die van het dorp wegleidden. ‘Rudolphs neus!’ riep ze, terwijl haar stem galmde in de frisse lucht.

Het pad leidde hen naar een kleine, afgelegen vallei waar de sneeuw ongewoon dik was. Daar, op een open plek, vonden ze Rudolph, terwijl zijn neus de omgeving vaag verlichtte. Hij was te ver gegaan tijdens een speelse achtervolging met zijn vrienden, en een plotselinge sneeuwval had zijn sporen uitgewist en hem gedesoriënteerd achtergelaten.

Rudolphs neus, die normaal zo helder was, flikkerde nu zwakjes. Hij was verkouden door de natte sneeuw en was te zwak om de reis naar huis te maken. Het team wikkelde hem snel in warme dekens, gaf hem warme chocolademelk en zong kerstliederen om hem op te vrolijken.

Met elk nummer gloeide Rudolphs neus een beetje helderder, zijn kracht keerde terug. Toen de Kerstman de toestand van zijn geliefde rendier zag, besloot hij dat er maar één oplossing was. ‘Dit jaar brengen we Kerstmis naar Rudolph’s,’ kondigde hij aan met een hartelijke lach die de lucht om hen heen leek te verwarmen.

Terug op de Noordpool hielden ze midden in de vallei een klein kerstfeest. De elfen versierden bomen met lichtjes en klatergoud, mevrouw Claus bracht koekjes en warme melk, en de andere rendieren, waaronder Dasher en Dancer, deden mee in de feeststemming.

Naarmate de nacht verstreek, verbeterde Rudolphs gezondheid en glansde zijn neus weer als de ster in de kerstboom. Met gelach, liedjes en de warmte van vriendschap genas de geest van Kerstmis niet alleen Rudolph, maar bracht hij iedereen ook dichter bij elkaar.

Op kerstavond vloog de slee van de Kerstman door de lucht, Rudolph's neus voorop, helderder dan ooit tevoren, en bracht vreugde voor elk kind over de hele wereld. En sindsdien wordt het verhaal van Rudolphs avontuur elk jaar verteld om iedereen eraan te herinneren dat zelfs in de donkerste tijden het licht van liefde en gemeenschap ons de weg naar huis kan wijzen.


Geen reacties

De auteur staat geen reacties toe op dit artikel